Jong trouwen

Een jochie komt thuis uit school en zegt plompverloren: "Ik kom even zeggen dat ik ga trouwen."
Een jaar of zeven is hij, zijn moeder krijgt haast een hartstilstand. Maar in pedagogische boeken heeft ze gelezen, dat ze zoiets tactisch moet aanpakken. Dus zegt ze: "Zo, en met wie, en hoe denk je over de huisvesting? Hebben jullie al een huis?"
"Nou," zegt hij, "voorlopig op de rommelkamer."
"Zo," zegt ze, "en het eten?"
"Nou, de ene dag bij Marietje en de andere dag bij u."
"Potverdorie," denkt ze, "hij redt zich er mooi uit."
Vraagt ze: "En hoe denken jullie over de seksualiteit?"
Zegt hij: "O, daar heb ik het met Marietje ook al over gehad. Voorlopig geen baby. Een baby motten we niet."
Zegt zijn moeder: "Heb je dat ook zo tegen Marietje gezegd: 'een baby motten we niet?'"
"Nou nee," zegt hij, "ik heb tegen Marietje gezegd: 'als je het hart in je lijf hebt om eieren te leggen, trap ik ze allemaal kapot.'"